• Home
  • Blog
  • "Ik wil een steun zijn voor andere mensen"

"Ik wil een steun zijn voor andere mensen"

Voor ons magazine Afrit 8 hadden we bij een kop koffie een goed gesprek met Frederika, ervaringsdeskundige.  Hieronder haar verhaal.

“Elke week meldde ik me op de spoedgevallendienst van het algemeen ziekenhuis met pijn in mijn borstkas of andere hypochondrische wanen. Want dat waren het, achteraf gezien. Ik vreesde allerlei ziekten. Ik werd twee keer opgenomen op de psychiatrische afdeling van het algemeen ziekenhuis (PAAZ) voor psychosen. Ik wou me wel laten helpen door een psychiater, maar ik kantte me tegen medicatie. Uiteindelijk stelde de arts op de EPSI (de eenheid voor psychiatrische spoed interventie) me voor de keuze: of ik liet me vrijwillig opnemen, of het werd een gedwongen opname. Ik weigerde. Dus werd het een gedwongen opname. De politie belde aan,
maar ik wou niet opendoen. Ze zijn dan langs de achterdeur binnengekomen. Ik woonde alleen, ik had geen andere keuze dan mee te gaan. Ik kreeg net genoeg tijd om de verwarming uit te zetten en een pyjama mee te nemen. Ik was opstandig en in paniek tegelijk. In de combi belde ik mijn zus op. Ze kon me niet helpen, zei ze. Ik wou terug naar huis, vond dat ik helemaal niet in de psychiatrie hoorde.

Ook op de gesloten afdeling van PZ Onzelievevrouw gedroeg ik me aanvankelijk opstandig. De eerste nacht bracht ik in de isoleercel door. De dag erna mocht ik naar mijn kamer. Ik was zenuwachtig, maar ik werd goed opgevangen. Ik kreeg medicatie en rust. Ik maakte veel wandelingen en kon mijn verhaal kwijt bij de verpleegkundigen. Ook in de therapieën vond ik begrip.”

Het begin van ziekte-inzicht

“Na 40 dagen besliste de vrederechter dat ik onder voorwaarden naar huis mocht. Om de twee weken moest ik naar de huisarts voor een injectie tegen psychosen. En ik moest me laten begeleiden door de psychiater. Dat laatste was er na een tijdje te veel aan. Met als gevolg dat ik voor een tweede keer gedwongen werd opgenomen. Ik werd weer rustiger, ik genoot van de wandelingen en ik kreeg psycho-educatie: wat is een psychose, wat zijn de gevolgen en hoe leer je ermee leven? Dat was het begin van mijn ziekte-inzicht. Ik herkende me in de symptomen: auditieve hallucinaties, geuren en smaken versterkt waarnemen, concentratiestoornissen, geheugenproblemen...

Het was zo herkenbaar. Waardoor ik me meer openstelde en luisterde. Ik vond afleiding en plezier in de bewegingstherapie, de creatieve therapie, de kooktherapie, de culturele bezoeken… Allemaal interessante activiteiten. Ik begon te werken in het handlingatelier van therapiecentrum De Variant. Dat versterkte mijn zelfvertrouwen. Ik die altijd dacht dat ik niets kon.

Wekelijks mocht ik bij de psychiater op gesprek. Ik heb een goede relatie met mijn ouders en op een dag nodigde ik ze uit om mee op gesprek te gaan. Ik wou dat ze begrepen waar mijn innerlijke onrust en mijn zenuwachtigheid vandaan kwamen. Ook bij mijn toegewezen verpleegkundige konden mijn familie en ik altijd terecht voor een babbel. Dat deed deugd, even kunnen ventileren.

Na een tijd mocht ik overschakelen op dagbehandeling. Ik koos daar vrijwillig voor. Ik voelde me niet klaar om terug aan het werk te gaan. De Variant was voor mij toen een veiliger omgeving om te werken. Maar de therapeuten gaven me de raad om me toch terug te integreren in de samenleving. Dat lukte ook, mee dankzij de toenmalige Gempersteeg, nu deel van Covias.”

Ervaringswerk

“Ik begon vrijwilligerswerk te doen. In 2014 startte ik een opleiding tot ervaringsdeskundige bij Uilenspiegel. Even later stond ik mee aan de wieg van het cliëntenbureau in PZ Onzelievevrouw, nu het Herstelpunt. Ik werk er nog altijd twee keer per maand. In het Herstelpunt kunnen patiënten elke donderdagnamiddag terecht voor een luisterend oor, informatie en lotgenotencontact.

Eens per maand organiseren we een activiteit. Naast mijn vrijwilligerswerk in het Herstelpunt geef ik ook af en toe een getuigenis voor een school of een organisatie zoals Samana. Daar reageren mensen altijd positief op. Ze zien dat ik mijn leven terug in handen heb genomen.

Geregeld werk ik op woensdagnamiddag ook als buddy op afdeling 23: de residentiële afdeling voor voortgezette behandeling van mensen met een psychotische kwetsbaarheid. Dan maak ik een wandeling met een patiënt, we spelen een gezelschapsspel, we drinken iets in de cafetaria of we doen samen een boodschap of zo. Dan kunnen we in alle rust praten. Ik doe dat buddywerk erg graag. Ik krijg er veel dankbaarheid voor terug.

Daarnaast geef ik af en toe mee psycho-educatie aan patiënten op de psychoseafdeling, of ik vertel er mijn herstelverhaal. Ook in M.E.N.S. engageer ik me. Dat staat voor Met Ervaring Naar Samenwerking. Ons doel is om het ervaringswerk in alle afdelingen van het ziekenhuis te promoten. Ik neem ook deel aan intervisie- en supervisiegesprekken. 

Ja, sommige weken is het druk met al het vrijwilligerswerk. Maar ik doe het graag en het is zinvol. Ik ben zelf ziek geweest. Ik heb het hele proces doorlopen: van ontkenning naar aanvaarding en herstel. Wat ik geleerd heb, wil ik delen om andere mensen hoop te geven.

Ooit wordt het weer beter. Een luisterend oor vinden is ongelooflijk belangrijk, weet ik uit ervaring. Ik bied geen pasklare antwoorden. Ik heb niet de oplossing. Maar mensen herkennen zich wel in mijn verhaal en dat sterkt hen. Ik ben zelf nog altijd in begeleiding bij de psychiater. Ik neem onderhoudsmedicatie tegen psychose en medicatie voor mijn slaapproblemen, maar die bouw ik geleidelijk af. Ik sta nu anders in het leven. Ik heb leren relativeren. Ik maak me minder snel kwaad of ongerust. Ik heb nog altijd veel steun aan lotgenoten. En zelf wil ik ook een steun zijn voor andere mensen.”

Tekst: Filip Decruynaere
Foto: Tom Talloen