• Home
  • Blog
  • "Kunst raakt mensen esthetisch, rationeel, emotioneel en spiritueel"

"Kunst raakt mensen esthetisch, rationeel, emotioneel en spiritueel"

Kunst in het psychiatrisch ziekenhuis? Het is een natuurlijk verbond. Want kunst is helend, kunst raakt mensen. Soms geeft kunst welkome afleiding, andere keren confronteert ze, biedt ze troost of nodigt ze uit tot bezinning. Een gesprek over de zin van kunst in PZ Onzelievevrouw met Ludo Goderis.

“Soms zet een werk aan tot een moment van bezinning. Andere keren biedt een werk afleiding, zodat de patiënt eens niet aan zijn ziekte en zijn lijden denkt, maar wegdroomt naar een andere realiteit… Daarnaast is kunst vaak gewoon esthetisch schoon en decoratief. Het is altijd aangenamer om in een mooi aangeklede ruimte te verblijven of te werken.”

- Ludo Goderis

Ludo Goderis is kliniekcoördinator en stafmedewerker patiëntenzorg. En hij is gebeten door kunst. Als cartoonist werkte hij onder meer tien jaar voor De Standaard en won hij ondertussen 85 prijzen op cartoonfestivals van Knokke-Heist tot Japan, Istanbul en de Verenigde Staten. “Ik heb een flink deel van de wereld gezien dankzij mijn cartoons,” zegt Ludo. Naast cartoons maakt Ludo schilderijen en tekeningen naar model met houtskool.

Gevoeligheid voor kunst

Zijn oog voor kunst stelt Ludo Goderis ook ten dienste van PZ Onzelievevrouw. De link tussen kunst en geestelijke gezondheid is erg natuurlijk. Het ziekenhuis heeft dan ook al een lange traditie op dat vlak. “De gevoeligheid voor kunst zit in de cultuur van de organisatie,” zegt Ludo. “Kunst gaat over menselijke expressie en creativiteit. Kunst raakt mensen esthetisch, rationeel, emotioneel en spiritueel. Kunst heeft impact. Ze biedt troost of genot en ze nodigt uit tot mijmeren. Elk individu leest zijn eigen verhaal in een kunstwerk.

Soms zet een werk aan tot een moment van bezinning. Andere keren biedt een werk afleiding, zodat de patiënt eens niet aan zijn ziekte en zijn lijden denkt, maar wegdroomt naar een andere realiteit… Daarnaast is kunst vaak gewoon esthetisch schoon en decoratief. Het is altijd aangenamer om in een mooi aangeklede ruimte te verblijven of te werken. Zo hangen er in de stafzaal twee werken van Benoît Trimborn, in zaal De Pelgrim een groot en zomers strandzicht van Jan de Vliegher, in zaal Het Perspectief een werk van Nico De Guchtenaere en in zaal Blijdenburg het achtledig werk Diversiteit van Bruno Van Dycke.”

Naast het genieten van en het geraakt worden door kunst is er in de geestelijke gezondheidszorg veel ruimte voor creatie. Die kunstcreatie neemt allerlei vormen aan: schilderen of met klei werken, maar ook dansen, bewegen en muziek maken. “Sommige patiënten ontdekken in de creatieve therapie een nieuw talent in zichzelf. Ze krijgen reactie op wat ze maken, ze winnen aan zelfvertrouwen. Maar je hoeft geen bijzonder talent te hebben. Iets creëren helpt je sowieso om iets uit te drukken wat je moeilijk onder woorden krijgt. De manier waarop een patiënt schildert of in steen kapt, vertelt iets over die patiënt. Zo leren therapeuten patiënten beter kennen. De werken die patiënten maken, bieden handvatten om mee aan de slag te gaan.”

“Patiënten die overweldigd worden door een trauma, vinden in de creatieve therapie een kans om op een niet-bedreigende manier uitdrukking te geven aan hun emoties. Ze tekenen zichzelf bijvoorbeeld erg klein, of ze gebruiken veel donkere kleuren. Je ziet letterlijk waarmee ze worstelen, en dat kan een uitgangspunt zijn voor een gesprek. ‘Waarom teken je jezelf zo klein? Waarom gebruik je zoveel donkere kleuren?’ Op die manier krijg je toegang tot iemand. Het mooie is dat je de werken van een patiënt ziet evolueren doorheen de behandeling. Als ze zich beter voelen, merk je dat aan de manier waarop ze dansen, tekenen, boetseren en zich bewegen. De rol van kunst voor het geestelijk welzijn – zowel het ervaren van kunst als het creëren ervan – wordt volgens mij nog altijd onderschat.”

Collectieve omgevingskunst

PZ Onzelievevrouw koopt geregeld een kunstwerk aan. Uit overtuiging, maar ook omdat de overheid publieke instellingen oplegt om een percentage van de subsidies voor grote infrastructuurwerken te besteden aan kunst. Die kunst kan je niet alleen in het ziekenhuis zien, maar op het hele domein rond het ziekenhuis, dat voor iedereen toegankelijk is.

“Wie er aandacht voor heeft, zal merken dat PZ Onzelievevrouw een mooie collectie omgevingskunst heeft,” zegt Ludo. “Denk aan De Open Poort, het monument in steigers. Het is een werk van de Brugse beeldhouwer Paul Perneel uit 1989. Het verwijst naar de muur die het ziekenhuis vroeger helemaal omgaf. Tegelijk is het een toegangspoort. De poort blijft gestut, want het is – net als geestelijke gezondheid - een work in progress. Het is nooit af.” Een andere plek waar Ludo van houdt, is De Passage, een werk van Hans De Pelsmacker uit 1999. “Hij ontwierp een installatie in Cortenstaal: een plek om even uit te rusten bij een vijvertje. Het heeft iets cerebraals en het spreekt de emoties aan. Het werk maakt ook de verbinding met de skyline van Brugge.”

Andere omgevingskunst op het ziekenhuisdomein zijn onder meer de bronzen ruiter te paard van Kobe, het mythische brons ‘Europa’ van Anne Van Canneyt, de houten toren ‘Until’ van Francis Bekemans, ‘Kolibrie’ van Peter Rogiers en ‘Kan’t’ van Fred Eerdekens.

Een engelenvleugel

Wie kiest die werken eigenlijk? “De selectie gebeurt door een comité met enkele mensen van het ziekenhuis én externe experten,” legt Ludo uit. “We hanteren altijd een wedstrijdformule. De deelnemende kunstenaars krijgen vooraf een duidelijke briefing. ‘Kolibrie’ van Peter Rogiers was bijvoorbeeld van meet af aan bedoeld om bij de ingang van het ziekenhuis te komen. Het moest daarom passen bij de strengheid van het gotische gebouw en bij het hekwerk. Tegelijk wilden we door moderne, speelse elementen de toegankelijkheid van de geestelijke gezondheidszorg vandaag benadrukken. Verder moest het werk uiteraard duurzaam zijn en binnen het vooropgestelde budget passen.”

“Het is telkens afwegen. Dit blijft tenslotte een psychiatrisch ziekenhuis. Sommige patiënten komen in volle crisis aan en kunnen erg gevoelig en snel getriggerd zijn. Daar moeten we rekening mee houden. De werken mogen ook niet te zwaarmoedig zijn of te zeer het lijden benadrukken. Tegelijk mag een kunstwerk natuurlijk wel aan het denken zetten. Zoals het werk van Berlinde de Bruyckere bij de kapel. Het stelt de vleugel van een engel voor, maar sommigen zien er een ‘homp vlees’ in. De Bruyckere maakte het werk samen met een patiënt van PZ Onzelievevrouw, mee op initiatief van Te Gek!? Toen de patiënt zwaar psychotisch was, zag hij engelen die hem in contact brachten met zijn overleden grootmoeder. Dat was het vertrekpunt voor dit werk.”

Naast de werken van gevestigde kunstenaars, vind je in het ziekenhuis kunst van patiënten. Een mooi voorbeeld zijn de portretten van Johan R. in de centrale gang als je ziekenhuis binnenkomt. “Johan is een groot talent,” zegt Ludo. “Hij maakte een reeks koppen die we tegenover een serie historische portretten van geestelijken hebben gehangen. De koppen van Johan kijken eerder brutaal, wat een mooie spanning geeft, zowel inhoudelijk als qua vorm.”

Kunst als deel van het leven

“Al bij al heeft een ziekenhuis een vrij bescheiden budget voor de aankoop van kunst. Gemiddeld om de drie jaar kan er iets gekocht worden, mee dankzij de regelgeving van de Vlaamse overheid bij het subsidiëren van infrastructuur. Zelfs al let je er misschien niet elke dag op, toch bepalen deze werken mee de sfeer van het ziekenhuis. Ze ‘maken’ de ruimtes. Ook tijdelijke projecten, zoals nu met de Triënnale Brugge, hebben impact. We werken trouwens graag samen met externe partners, zoals de Stedelijke Academie voor Schone Kunsten. Kunst maakt deel uit van het leven. In goede en in kwade tijden. In het lijden en in het herstel. Kunst in PZ Onzelievevrouw is vanzelfsprekend.”

“Kunst doorbreekt muren en brengt mensen samen,” zegt Herman Roose, algemeen directeur van vzw Gezondheidszorg Bermhertigheid Jesu. “Dat is precies wat wij willen doen voor de geestelijke gezondheidszorg: de muren tussen zorg en samenleving doorbreken. Letterlijk en figuurlijk. Denk maar aan de openbare fietsroute en de wandelpaden op het domein van PZ Onzelievevrouw, aan de volkstuintjes en aan de initiatieven om de samenleving binnen te brengen in de gezondheidszorg, en vice versa. De ‘Open Poort’, het monumentale werk van Paul Perneel symboliseert niet voor niets de openheid en vernieuwing in de psychiatrie."

Gevoelens van ontheemding

Het werk Full Swing van Mona Hatoum nodigt bezoekers aan de Triënnale uit om te schommelen in een smalle ondergrondse gang die is uitgegraven in de tuin van PZ Onzelievevrouw. De afdaling naar het ondergrondse vereist voorzichtigheid en concentratie en kan ongemakkelijk aanvoelen. Er kan slechts één bezoeker tegelijk schommelen. Full Swing confronteert het publiek met gevoelens van instabiliteit en ontheemding. Het lichaam schommelt tussen beperking en beweging, ongemak en plezier, duisternis en licht. Kunstenares Mona Hatoum werd geboren in een Palestijns gezin in Beiroet (Libanon). Ze was op bezoek in Londen toen in 1975 de burgeroorlog in Libanon uitbrak, waardoor ze niet naar huis terug kon keren. Sindsdien woont en werkt ze in Londen.